In deze preek wordt stilgestaan bij Gods openlijke aanwijzing van Christus als het enige middel tot verzoening, door het geloof in Zijn bloed. De kern van Paulus’ boodschap is dat God Zelf Zijn Zoon heeft voorgesteld als plaatsvervangend offer, als goddelijk besluit dat wortelt in het Oude Testament en zijn vervulling vindt in Christus. Tegenover het denken van Marcion en het moderne progressieve christendom, dat Gods toorn en het kruis als onverenigbaar met liefde beschouwt, laat deze tekst zien dat Gods heiligheid én liefde samenkomen in het offer van Jezus. Deze verzoening is geen symbolisch gebaar, maar een daadwerkelijke voldoening van Gods rechtvaardige toorn over de zonde. Christus is het ware verzoendeksel, het Lam van God, het volmaakte Offer dat volkomen redt. De oproep is om niet alleen bij bekering, maar telkens opnieuw, hun vertrouwen volledig te stellen op het door God gegeven middel tot verzoening.
Kernpunten van de preek
- God heeft Christus Zelf aangewezen als het enige middel tot verzoening.
- Romeinen 3:25 wortelt in het offerstelsel van het Oude Testament, in het bijzonder de Grote Verzoendag.
- De verzoening is noodzakelijk vanwege Gods heiligheid en de totale schuld van de mens.
- De Schrift openbaart Christus’ offer als Gods welbehagen en hoogste uiting van liefde én rechtvaardigheid.
- Het Evangelie is niet onderhandelbaar: wie Christus voorbijgaat, verwerpt Gods enige voorziening
- Gelovigen moeten voortdurend rusten in de volkomenheid van Christus’ werk – ook na hun bekering
Geciteerde Schriftgedeelten
Romeinen 3:25a | Johannes 6:38-40 | Johannes 10:17-18 | Mattheüs 20:28 | Handelingen 2:22-23 | Jesaja 52:13–53:12 | 1 Johannes 2:24 | 2 Timotheüs 3:14 | Handelingen 4:12 | Efeze 1:7 | Kolossenzen 1 | Hebreeën 7:25 | Hebreeën 9:5 | Hebreeën 9:1–10:18 | Genesis 3 | Leviticus 16 | Openbaring 5