Preekbeschrijving
In deze preek over Romeinen 3:19-22 wordt stilgestaan bij de radicale ommekeer die Paulus schetst van universele schuld naar goddelijke gerechtigheid. Na een onontkoombare aanklacht tegen de gehele mensheid, zowel Jood als heiden, wordt de mens in volkomen hopeloosheid geplaatst voor het aangezicht van een heilige en rechtvaardige God. Maar dan breekt het licht van het Evangelie door: zonder de wet is de gerechtigheid van God geopenbaard, door het geloof in Jezus Christus. Deze gerechtigheid is het geschenk van God, verankerd in het volbrachte werk van Christus en beschikbaar voor allen die geloven. Het hart van de preek legt de nadruk op de ontoereikendheid van menselijke verdienste en de allesomvattende kracht van Gods genade in Christus.
Kernpunten van de preek
- Paulus sluit zijn betoog over de schuld van alle mensen af met de conclusie dat niemand zich kan verontschuldigen voor God.
- De wet spreekt met gezag en maakt de mens doemwaardig.
- Rechtvaardiging uit werken is uitgesloten. De wet geeft kennis van zonde, maar geen verlossing.
- God openbaart Zijn gerechtigheid los van de wet.
- Gods gerechtigheid is door het geloof in Jezus Christus, gegrond in Zijn Persoon en werk.
- Geloof is geen gevoel of vrome houding, maar een volkomen toevertrouwen aan Christus als enige Redder.
- De gerechtigheid van God is voor allen die geloven, zonder onderscheid, want er is geen andere weg tot zaligheid.
Geciteerde Schriftgedeelten
Romeinen 1:16-17 | Romeinen 3:9-22 | Handelingen 4:12 | 1 Timotheüs 2:5 | Efeze 1:7 | Johannes 3:36 | Hebreeën 4:12 | Galaten 3:22-24 | Psalm 143:2 | Genesis 15:6 | Psalm 32:1-2 | Jeremia 23:6 | Galaten 2:15-16 | Romeinen 6:23 | Ezechiël 18:4 | Filippenzen 3:8-9 | Openbaring 2–3
