Romeinen 4:1-25 – Het geloof van Abraham en de zekerheid van genade

8-juni-2025

Serie: Romeinen

Bijbelboek: Romeinen

Audio Download

Tekst: Romeinen 4:1-25

In deze preek over Romeinen 4 wordt stilgestaan bij het fundamentele principe van rechtvaardiging door geloof, los van werken. Paulus onderbouwt dit met het voorbeeld van Abraham, aan wie gerechtigheid werd toegerekend vóór zijn besnijdenis, op basis van geloof alleen. Ook David getuigt hiervan in Psalm 32, waarin hij de mens zalig spreekt aan wie God gerechtigheid toerekent zonder werken. Paulus laat zien dat deze weg van rechtvaardiging niet nieuw is, maar altijd al de weg van God is geweest. De belofte aan Abraham kwam niet door de wet, maar door geloof, zodat ze zou rusten op genade en zeker zou zijn voor allen die geloven. Zo wordt duidelijk dat het geloof van Abraham niet een historische uitzondering is, maar het patroon dat ook op ons van toepassing is: wie gelooft in Hem Die Jezus uit de doden heeft opgewekt, ontvangt dezelfde toegerekende gerechtigheid.

Kernpunten van de preek

  • Rechtvaardiging is niet op basis van werken, maar op geloof in God Die rechtvaardigt.
  • Abraham werd gerechtvaardigd vóór zijn besnijdenis, als onbesnedene, om vader te zijn van allen die geloven.
  • De wet brengt geen rechtvaardiging, maar toorn; geloof brengt genade en zekerheid.
  • Geloof is vertrouwen op Gods belofte en macht, tegen alle menselijke hoop in.
  • Wat bij Abraham gebeurde, is geschreven ter wille van ons: ook wij worden gerechtvaardigd door geloof in de opgewekte Christus.
  • De zekerheid van onze rechtvaardiging rust op het Woord van God en het volbrachte werk van Christus, niet op onszelf.

 

Geciteerde Schriftgedeelten

Romeinen 3:9-31 | Romeinen 4 | Genesis 15:6 | Psalm 32:1-2 | Jesaja 53:5 | 1 Korinthe 15:3 | Hebreeën 9:15 | Genesis 12 | Genesis 17 | Psalm 130:3-4 | Hebreeën 11