05. Gods voorzienigheid
5.1
5.2
5.3
5.4
Wij geloven en belijden dat Gods almachtige kracht, ondoorgrondelijke wijsheid en oneindige goedheid zich in Zijn voorzienigheid uitstrekken, zodat zowel de zondeval als alle andere zondige daden van engelen en mensen plaatsvinden in overeenstemming met Zijn soevereine plannen. Het is echter belangrijk op te merken dat God niet simpelweg instemt met zonde. Hij beperkt, ordent en bestuurt zondige daden op verschillende manieren en met grote macht, zodat ze Zijn heilige plannen verwezenlijken. Het is echter van belang te benadrukken dat de zondigheid van deze daden enkel voortkomt uit engelen of mensen, niet uit God, Die volkomen heilig en rechtvaardig is. God kan niet de bron van de zonde zijn of deze goedkeuren.
5.5
5.6
Wij geloven en belijden dat God, als rechtvaardige Rechter, de verdorven en goddeloze mensen verblindt en verhardt vanwege hun zonden. Hij onthoudt hun de genade waardoor ze verlicht en veranderd hadden kunnen worden in hun begrip en harten. Ook neemt Hij soms hun gaven weg en plaatst Hij hen soms in situaties waarin hun verdorven hart de kans grijpt om te zondigen. Hij laat hen over aan hun aangeboren verdorvenheid, de verlokkingen van de wereld en de macht van satan. Opmerkelijk is dat ze zelfs onder de middelen die God gebruikt om harten te verzachten, zichzelf verharden.
5.7
Wij geloven en belijden dat Gods voorzienigheid zich in het algemeen uitstrekt tot alle schepselen, maar op een heel bijzondere manier gericht is op de zorg voor Zijn volk.
Heb je een vraag?