In deze preek over Filippenzen 1:3-6 wordt stilgestaan bij God als de enige en ware bron van blijdschap. De blijdschap van Paulus wanneer hij bidt voor de gemeente in Filippi komt voort uit zijn dankbaarheid voor Gods genade die zichtbaar is in hun leven en hun gemeenschap in het Evangelie. Ware blijdschap is geen menselijke emotie of tijdelijke vreugde, maar een vrucht van de Geest, geworteld in het kennen van God, Zijn Woord en Zijn werk in Christus. De preek laat zien dat blijdschap in de Schrift vooral te vinden is in geestelijke zegeningen, zoals Gods Woord, het werk van Christus, gemeenschap met heiligen en de hoop op Zijn komst.
Kernpunten van de preek
- Paulus’ dankbaarheid en blijdschap zijn geworteld in Gods genade aan de Filippenzen.
- Ware blijdschap komt niet voort uit omstandigheden maar uit erkenning van Gods goedheid.
- Blijdschap is een vrucht van de Geest en kenmerk van een discipel.
- Gods Woord is een bron van vreugde, omdat het getuigt van Wie God is en wat Hij doet.
- De geboorte, woorden, werken, dood, opstanding en komst van Christus zijn redenen tot diepe blijdschap.
- Lijden voor Christus is ook een reden tot blijdschap, omdat het vrucht draagt en tot heerlijkheid leidt.
- De hoop op de wederkomst van Christus is een centrale bron van blijdschap voor iedere gelovige.
Geciteerde Schriftgedeelten
Filippenzen 1:3-6 | Titus 2:11-13 | 1 Korinthe 1:4-8 | 1 Korinthe 4:7 | 1 Korinthe 11:26 | Galaten 5:22 | Lukas 2:10-11 | Lukas 13:17 | Lukas 24:27 | Johannes 5:39 | Johannes 17:17 | 1 Johannes 2:28-29 | 1 Johannes 3:2-3 | Openbaring 22 | Psalm 5:12-13 | Psalm 19:2 | Psalm 24:1 | Psalm 32:11 | Psalm 104:14-15 | Psalm 119:16 | Jesaja 53:4-7 | Jakobus 1:17 | Leviticus 23 | Deuteronomium 12 | 1 Kronieken 29:10-14 | Romeinen 5:3-5 | Romeinen 11:36 | Habakuk 3:17-19 | Exodus 19:5 | Handelingen 16 | Handelingen 17:24-25 | Efeze 1:6-7
