In deze preek over Filippenzen 2:19-30 wordt stilgestaan bij de beproefde gezindheid van Timotheüs en Epafroditus als concrete voorbeelden van wat het betekent om het Evangelie van Christus waardig te wandelen. Paulus lijkt op het eerste gezicht slechts reisplannen te delen, maar laat in werkelijkheid zien wat het hart van een ware dienaar kenmerkt: het zoeken van de belangen van Christus in plaats van het eigen belang. Door de beschrijving van deze twee broeders onderstreept Paulus opnieuw zijn oproep tot eensgezindheid en zelfverloochenende liefde binnen de gemeente, waarbij gehoorzaamheid, dienstbaarheid en broederlijke zorg als uitingen van geestelijke volwassenheid centraal staan.
Kernpunten van de preek
- Paulus gebruikt Timotheüs en Epafroditus als voorbeelden van het Evangelie waardig wandelen.
- Timotheüs zoekt oprecht de belangen van Christus, in contrast met anderen die hun eigen belang zoeken.
- Epafroditus riskeerde zijn leven omwille van het werk van Christus en toont diepe broederlijke betrokkenheid.
- Waarachtige dienstbaarheid vloeit voort uit een leven dat is overgegeven aan de wil van Christus.
- De gezindheid van Christus — nederigheid, zelfopoffering, gehoorzaamheid — wordt zichtbaar in “gewone” broeders.
- Dienst in Gods Koninkrijk is geen podiumwerk, maar een leven van stille trouw, liefde en opoffering.
Geciteerde Schriftgedeelten
Filippenzen 1:21-24 | Filippenzen 1:27-30 | Filippenzen 2:5-11 | Filippenzen 2:12-18 | Filippenzen 2:19-30 | 2 Korinthe 13:2-6 | Handelingen 16:1-2 | Handelingen 6:3-5 | Jakobus 4:13-17 | 1 Johannes 3:16-17 | 1 Petrus 4:8-11
