De kwalificaties voor een ouderling (een introductie)

Audio Download

In deze preek wordt stilgestaan bij de bijbelse kwalificaties voor het ambt van ouderling. De preek laat zien hoe het denken over leiderschap in veel gemeenten is beïnvloed door cultuur, managementdenken en pragmatisme, terwijl de Schrift juist geestelijke en morele kenmerken centraal stelt. Uitgangspunt is dat het leiderschap in de gemeente volledig moet aansluiten bij de wil van Christus, Die het Hoofd is van Zijn gemeente. Daarbij wordt uitvoerig uiteengezet wat het betekent dat een ouderling “onberispelijk” moet zijn, niet in de zin van perfectie, maar in een getoetst en boven verdenking staand leven, zichtbaar in huisgezin, karakter en omgang met Gods Woord.

Kernpunten van de preek

  • Een ouderling moet onberispelijk zijn, getoetst en vrij van terechte aanklachten, niet zondeloos of perfect.
  • De Schrift legt nadruk op karakter en geestelijk leven, niet op vaardigheden of competenties.
  • Leiderschap begint in het huisgezin: de manier waarop een man zijn vrouw en kinderen leidt is de eerste toetssteen.
  • Het criterium “bekwaam om te onderwijzen” heeft niets te maken met inspirerend spreken, maar met trouw en kundigheid in het Woord.
  • Gemeenten moeten ouderlingen niet aanstellen op basis van wat werkt, maar op grond van wat God gebiedt.

 

Geciteerde Schriftgedeelten

1 Timotheüs 3:1-7 | Titus 1:5-9 | Hosea 4:1-6 | Efeze 4:11-16 | Galaten 2:11-14 | 1 Timotheüs 5:19-20 | 1 Samuël 16:7 | Titus 2:2-7 | 1 Petrus 5:1 | Romeinen 15:4 | 1 Korinthe 10:11