In deze preek wordt stilgestaan bij de roeping van de man in het huwelijk om zijn vrouw lief te hebben zoals Christus de gemeente liefheeft. Vanuit een diep theologisch fundament wordt duidelijk gemaakt dat de kernopdracht van de man niet hoofdschap of materiële voorziening is, maar zelfopofferende, geestelijk dienende liefde. Deze liefde is geworteld in de liefde van God, uitgestort in het hart van de gelovige door de Heilige Geest. De preek benadrukt dat ware liefde niet egocentrisch of gevoelsmatig is, maar doelbewust, heiligend en gericht op de opbouw van de vrouw. De man wordt opgeroepen om zijn vrouw te leiden door haar te dienen, haar geestelijk te beschermen, haar te heiligen door het Woord en haar te koesteren als zijn eigen lichaam — tot eer van God en als getuigenis van Christus’ liefde voor Zijn bruid, de gemeente.
Kernpunten van de preek
- De centrale opdracht aan de getrouwde man is: heb je vrouw lief zoals Christus de gemeente liefheeft.
- Liefhebben is niet passief of gevoelsmatig, maar zelfopofferend, doelgericht en geestelijk dienend.
- De liefde van God is door de Geest uitgestort in het hart van iedere wedergeboren man; daarom kan hij zijn vrouw liefhebben.
- Hoofdschap betekent dienen, leiden in heiligheid en opbouwen in het Woord — niet heersen of domineren.
- Het huwelijk weerspiegelt de liefde van Christus voor Zijn gemeente — dat is het doel en de motivatie.
Geciteerde Schriftgedeelten
Kolossenzen 3:18-19 | Efeze 5:18-33 | 1 Petrus 3:7-9 | Romeinen 5:5, 5:8 | 1 Johannes 4:8 | Galaten 5:16-22 | 2 Timotheüs 1:7 | Mattheüs 20:26-28 | Openbaring 3:19 | Titus 2
